Iedereen weet dat de zwangerschap is opgedeeld in drie delen. In het eerste ben je misselijk, in het tweede voel je je top, en in het derde deel voel je je een walvis met maagzuurproblemen. Maar er is ook een vierde deel: als je kindje net geboren is en jou nog nèt zo hard nodig heeft als toen hij in je buik zat. 

Soms denken we dat de behoefte van een baby aan zijn moeder stopt na de zwangerschap. Als hij geboren is, wordt hij alleen in een bedje gelegd, geacht zelf in slaap te (leren) vallen en is huilen een manier om je te manipuleren.

>> Lees ook: Waarom een baby niet kan manipuleren <<

Alles wijst er echter op dat je de eerste drie maanden na de bevalling echter beter kan omschrijven als ‘het vierde trimester’. Het is een tijd van drie maanden die waarschijnlijk vooral draaien om je pasgeboren baby. Wat kan je verwachten?

Dichterbij dan mogelijk is

Goed, je bent doodmoe. Je baby ook. Je baby is waarschijnlijk nog veel meer geschrokken van de bevalling dan jij. Laten we eerlijk wezen: je had negen maanden om je voor te bereiden en je wist dat de bevalling zou komen – en daarmee je kleintje.

Maar je kleintje daarentegen kent alleen je binnenkant, en opeens wordt hij met grof geweld de wereld in gewerkt. Kou, licht, harde geluiden en allerlei manieren waarop hij wordt aangeraakt. Om nog maar niet te spreken van de onmogelijke uitgestrekte houding waarin hij wordt gelegd op zijn rug als hij moet slapen.

Het is geen wonder dat hij uit puur protest en ellende huilt als hij niet heel dichtbij jou kan blijven. Je bent het enige dat hij kent in deze grote wereld met ruimte en lucht. En dus wil hij bij je zijn. Het liefst in gedimd licht, met wat ruis om hem heen zoals hij dat kende uit de baarmoeder, en dan ook nog een borst in zijn mond. In de buik had hij tenslotte ook 24 uur per dag toegang tot een uitgebreid menu.

Kan hij ook zonder lichaamscontact en de borst?

Je baby kreeg in de buik altijd eten en het hele fenomeen honger bestond niet. Opeens komt hij in een wereld waar hij allerlei gekke dingen voelt als honger en dorst. Geen wonder dat hij graag de hele tijd een borst in zijn mond heeft. Vanaf daar kan hij – gelijk na de geboorte al – precies jouw ogen en mond scherp zien.

Hij kijkt vanaf die plek naar je, hoort weer het zachte kloppen van je hart, ligt waarschijnlijk opgekruld in je armen en krijgt de voeding binnen die hij wil. Geen wonder dat het voor hem de beste plek is om te verblijven. Hij herkent je geur, je geluiden, je stem, en hij is exact waar hij zou moeten zijn.

Dus nee: dikke kans dat je kleintje niet zonder borst kan. Het is troost, het is veilig, het is vertrouwd, en dus is hij daar graag. Liever nergens anders dan in jouw armen, op jouw borst.

Maar… dat ledikant dan

Dat was een mooi idee, zo’n kinderkamer met een duur ledikant met veilige verf. Maar laat de illusie los dat het een plek is waar een kind graag slaapt. Er is geen enkele baby die vanuit de baarmoeder komt en denkt ‘goh, even uitstrekken en alleen zijn. Heerlijk die rust’.

Het enige dat een baby denkt is ‘hoe kom ik zo snel mogelijk weer bij mijn moeder terug’. En dat is prima. Die eerste maanden hoort een baby simpelweg dicht bij zijn moeder.  Zijn maagje is te klein om lang verwijderd te zijn van zijn voedingsbron (ja, ook drie uur is lang: de grootte van de maag van je baby is miniem) en van de warmte en veiligheid. Het kan dus zomaar gebeuren dat je kind amper wil slapen in zijn ledikant, maar dicht bij jou in no-time wegdommelt.

>> Lees ook: Tijd voor jezelf als je samen slaapt met je baby <<

Hoe kan ik dan ooit douchen?

Lig je na een week stinkend op de bank en heb je het idee dat zelfs de vuilnisman frisser ruikt? Loopt eigenlijk iedereen in het gezin met een boog om je heen? Dan is er in ieder geval iemand die met volle teugen geniet van je nieuw hervonden zelf: je baby.

Maar goed, het kan inderdaad erg fijn zijn om ook even te douchen. Geen probleem, want met je kleintje douchen is heerlijk om even samen tijd door te brengen.

Ben je het echter helemaal zat en wil je gewoon even niet aangeraakt worden? Wedden dat hij het ook prachtig vind om op een aankleedkussen naar je te kijken als je doucht? Bonus: een baby wordt rustig van het geluid van het stromende water en je hebt een kans dat hij zachtjes in slaap sukkelt.

En natuurlijk zijn er altijd nog andere leden in het nieuwe gezin die anders even rustig met de baby wat tijd kunnen doorbrengen terwijl jij een momentje voor jezelf pakt.

>> Lees ook:  Als je baby plakt als klittenband <<

(Borst)voeding

In de eerste weken zal je baby veel clusteren. Dat betekent simpelweg dat je baby perioden van de dag – en soms zelfs de hele dag – aan de borst wil liggen. Vaak is het voor zowel voeding als voor geborgenheid en rust. Deze periode is het heel normaal.

Geef je geen borstvoeding, dan kan je dit ook bieden door veel huid-op-huid contact te hebben. Vasthouden, in een draagdoek bij je houden of je kleintje op je borst laten slapen bieden hem de geborgenheid en zekerheid die hij in deze tijd hard nodig heeft.

Het is dus niet gek als je kleintje elke 45 minuten aan de borst wil. Een borstgevoede baby kan je niet teveel aanleggen.

Huilen rond zes weken

Vanaf een week of twee kan je baby beginnen met veel huilen. Een piek hiervan krijg je rond een week of zes, en daarna zal het richting de drie á vier maanden steeds beter worden. Wat er precies aan de hand is, weten eigenlijk weinig mensen. Krampjes of een overprikkelde baby zijn de meest aangegeven oorzaken.

Wat in ieder geval helpt, is je kindje zoveel mogelijk dichtbij je houden. Door huid-op-huid contact kan je kleintje kalmeren, emoties reguleren en tot rust komen.

Zit je er helemaal doorheen en ben je bang dat je je geduld verliest? Bel iemand om even te komen helpen, loop naar een buurvrouw voor hulp, of ga onder de douche staan om af te koelen. Kan je niemand bellen? Leg je kleintje in de kinderwagen en ga een stuk lopen – zelfs als je je een zombie voelt. Doe desnoods oordopjes in je oren en ga een stuk uitwaaien. Frisse lucht kan voor jullie allebei helpen om weer even tot rust te komen.

>> Lees ook: Goed voor jezelf zorgen in de wittebroodsweken na de bevalling <<

Je verwachtingen

Je verwachtingen voor de eerste maanden zijn bepalend voor hoe je deze doorkomt. Ja, het is een heel erg zware periode waarin je onzeker bent over vrijwel alles wat je doet. En in deze periode wil je baby waarschijnlijk helemaal niet langer dan een paar minuten bij je verwijderd zijn.

Het is belangrijk van te voren je verwachtingen te bepalen. Als je verwacht dat je na een week of twee weer top fit rondwandelt en je kleintje uren in zijn eigen bedje slaapt, dan kan deze periode een grote kater zijn.

Stel je er op in dat hij niet zonder jouw aanwezigheid wil zijn – zelfs niet kàn zijn. Als je dat van te voren weet, kan je rustig aan gaan doen, hulp vragen en je erbij neer leggen dat de eerste maanden zwaar zullen zijn.

Bespreek het ook met je partner of degene die het meeste in de buurt gaat zijn. Je zal, zeker rond de vier tot acht weken, alle hulp kunnen gebruiken. Aanvaard het als iemand voor je wil koken of de was eens wil doen. Het is geen schande het niet alleen te kunnen. In andere culturen staan zeker de eerste twee tot drie maanden veel vrouwen klaar om de kersverse moeder en baby te helpen en te ondersteunen.

Probeer dus los te laten dat je het alleen moet doen – dat hoeft niet. We zijn nooit gemaakt om het helemaal alleen te doen.

Hou vol

Vind je deze periode zwaar, zo zwaar dat je het eigenlijk niet meer ziet zitten? Praat erover met andere moeders. Vaak zal je merken dat zij zich deze periode ook nog herinneren en je hierin steun kunnen bieden.

>> Lees ook: Mama, word eens wakker alsjeblieft? <<

Heb je het idee dat je na de kraamtranen neerslachtig en verdrietig blijft, kijk dan of het mogelijk is om even langs de huisarts te gaan. Een mogelijke postnatale depressie uit zich op verschillende manieren, en vaak kan het helpen om gewoon eens je hart te luchten.

En daarnaast: deze periode gaat weer voorbij. Aan het einde van de drie maanden, in die vierde maand, komt je kleintje weer in een sprongetje. Deze is funest voor de slaap, maar verder zal je merken dat je veel beter contact kunt gaan maken met je kleintje. Na verloop van tijd vervaagt de herinnering aan de vermoeidheid en de moeite, en blijft vooral het geluksgevoel van die eerste maanden over.

Echt waar.

>> Lees ook: de ontwikkeling van de slaap van je baby in het eerste jaar <<